Dit stukje is ontstaan door twee ogenschijnlijk totaal verschillende gebeurtenissen die vlak achter elkaar plaatsvonden: mijn dochter haalde haar kamerdeurbel van de muur en ik zette een foto van het ding op Facebook met de vraag of iemand hem wilde hebben.
Een paar dagen later ging ik naar een debat van het Koninklijk Nederlands Historisch Genootschap genaamd ‘Criteria van waarde in de geschiedbeoefening. Erfgoed: waardevol perspectief en politiek instrument’.
LELIJK!!
De deurbel, tien jaar geleden een geliefd en nuttig object, werd van de muur gerukt want hij was kinderachtig en kinderachtige dingen zijn ‘slecht’ als je 15 bent.
De eerste Facebookreactie kwam van iemand die we al een tijdje niet meer gezien hebben. Ze schreef dat ze ‘een lichte déjà vu’ had.
Het commentaar van een vriendin, die ook kinderen heeft, luidde: ‘LELIJK!!’ Haar dochter had ooit ook zo'n bel, en mijn vriendin was blij toen de batterijen op waren. Ze haatte de luide dingdong.
En ten derde was er iemand die de bel dolgraag wilde hebben: haar dochter zit net in de ‘prinsessenfase’.
Waarden en normen-waarde
Het debat in de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Amersfoort was het tweede in een serie van drie (het derde is op 17 juni in Nijmegen), waarin de volgende vragen worden behandeld: Wie bepaalt wat waarde is, wat waarde heeft, en welke criteria daarvoor gelden? Hoe schatten we een object, een brontekst en een erfgoedstuk op waarde?
Belangrijke vragen, waar we ook na de middag in Amersfoort geen sluitend antwoord op hebben, maar dat was ook niet de bedoeling. Dr. Martijn Eickhoff sprak over de ‘natie’ en de ‘mensheid’ als belangrijkste kaders waarbinnen waarde-toekenning tot stand komt, als je tenminste kijkt naar het officiële, door UNESCO gereglementeerde proces van erfgoedvorming.
Prof. Dr. Jos Bazelmans behandelde juist het kleine, het persoonlijke erfgoed, en betoogde dat erfgoed niet alleen cultuurhistorische, economische en belevingswaarden vertegenwoordigt, maar ‘ook staat voor waarden die ten grondslag liggen aan het menselijk handelen en het menselijk samenleven’. Hij besprak als casus de erfenis van zijn moeder, die verdeeld moest worden onder de kinderen. Erfgoed heeft meestal gebruikswaarde, zei Bazelmans, en dan vragen we ons niet af of het erfgoed is; pas als de gebruikswaarde ophoudt, begint de selectie. En dan moet je uitvinden wat het object precies representeert. Voor welke waarden en normen, welk wereldbeeld staat het?
Individualiteit
En toen dacht ik aan de waardeloos geworden bel. Die bel laat namelijk iets belangrijks zien over hoe wij wonen en leven en hoe wij met onze kinderen omgaan.
Ten eerste: dat kinderen een eigen kamer hebben is behoorlijk bijzonder. Pas na de Tweede Wereldoorlog kregen alle mensen betere huizen en verdwenen de laatste eenkamerwoningen voor gezinnen. Maar dat betekende niet dat iedereen zich terugtrok in z’n eigen kamer – bedenk alleen al dat de enige verwarmde kamer in huis de huiskamer was. Los daarvan, na de Tweede Wereldoorlog was het traditionele gezin het ideaal. In de jaren ’50 zaten de familieleden ’s avonds samen rond de radio in de huiskamer.
Ten tweede is er het veranderde denken over het gezin en de plaats van kinderen in de maatschappij. Vanaf de jaren ’60 verloor het traditionele gezin langzaamaan zijn glans. De vrouw brak uit haar huisvrouwenbestaan, de kinderen gingen hun eigen cultuur vieren, los van de ouders. Gezinnen anno nu leven, in allerlei verschillende samenstellingen, bij elkaar in huizen waarin iedereen z’n eigen plek heeft. Kinderen worden bovendien veel meer serieus genomen dan vroeger, en ook hún privacy wordt gerespecteerd. Zo zeer zelfs, dat je nu als kind een eigen kamerdeurbel kunt bezitten.
De bel kan zijn gebruikswaarde houden, als hij overgaat naar een andere ‘kleine prinses’. Anders begint het selectieproces: is het erfgoed? Het voorwerp roept herinneringen en nostalgische gevoelens op. Hij representeert een wereldbeeld, waaronder onze normen ten opzichte van kinderen en privacy. Het is een massaproduct, dat door sommigen wordt weggegooid als de batterijen op zijn. Ook een typisch hedendaags verschijnsel.
Erfgoededucatie: de bel in de klas
Zo zie je dat ook een onbetekenend, modern gebruiksvoorwerp bestempeld kan worden tot 'erfgoed'. Voor docenten: neem eens een dergelijk voorwerp mee naar de klas. Of laat de leerlingen zelf hedendaags erfgoed verzamelen. Een leuke manier om aan de slag te gaan met contemporaine geschiedenis!